Spreken voor publiek Podcast

Het opbouwen van een goede training met Daan Hamaker

Huibert-Jan van Roest

Een inspirerende duik in de kunst van het presenteren en trainen met topexpert Daan Hamaker. Hij onthult gouden strategieën die je direct kunt toepassen om je publiek vanaf seconde één te boeien.

Vergeet alles wat je dacht te weten over het beginnen van presentaties. Daan laat zien waarom de klassieke zelfintroductie je publiek al kwijtraakt voordat je begint. In plaats daarvan neemt hij je mee in een verrassend effectieve aanpak: start met directe waarde geven aan je toehoorders. Het gesprek trekt fascinerende parallellen met televisieprogramma's zoals Dit Was Het Nieuws, waar de openingsminuten bewust zijn ontworpen om de kijker meteen te grijpen.

Je ontdekt waarom het cruciaal is je podium als werkplek te beschouwen en hoe je letterlijk het perspectief van je publiek moet verkennen voordat je begint. Daan deelt een reeks praktische tactieken om autoriteit en sympathie op te bouwen, gebaseerd op de invloedrijke overtuigingsprincipes van Cialdini. Met voorbeelden uit zijn eigen praktijk laat hij zien hoe je de perfecte balans vindt tussen expertise tonen en kwetsbaarheid delen.

De podcast biedt ook verrassend effectieve methoden om met lastige deelnemers om te gaan. Je leert hoe je de beruchte 'brulapen' in trainingen tactisch benadert zonder confrontatie, en waarom 'vriendelijk afremmen' zoveel krachtiger werkt dan in discussie gaan. Het gesprek sluit af met briljante inzichten over het creëren van memorabele afsluitingen, waarbij psychologische principes als primacy en recency je helper worden.

Luister nu en transformeer je presentatievaardigheden met inzichten die de meeste sprekers nooit leren. Welke tip ga jij als eerste toepassen?

Huibert-Jan van Roest:

Welkom bij de Spreken voor Publiek podcast, de podcast, waarin ik, hubert-jan van Roest, in gesprek ga, met sprekers, spreektrainers en allemaal mensen, die iets te maken hebben met het prachtige thema Spreken voor Publiek. Vandaag is Daan Hamaker te gast. Daan is presentatietrainer, en hij traint regelmatig ook andere trainers. Met hem ga ik het hebben over hoe een goede training nou is opgebouwd en hoe die precies in elkaar zit. Luister mee naar de Spreken voor Publiek podcast. Ik heb hier former Daan Hamaker me Daan Haarmaker. Daan, welkom, dankjewel. Om maar met de deur in huis te vallen Ik ben de host van deze podcast, en wij waren in het vorige sprek even een soort van structuur aan het maken, en toen zei jij tegen mij het is wel leuk, als we dat ter plekke doen. Jij hebt daar wel een goede idee over.

Daan Hamaker:

We hadden het er even over, hoe gaan we dat nou inrichten? Jij stelde voor, starten met een persoonlijk deel, daarna gaan we de inhoud in, en daarna gaan we nog een zijstraatje in, bijvoorbeeld over gedragseconomie. Mijn voorstel is ik ben presentatietrainer dat je vooral heel erg gaat nadenken wat vindt het publiek nou leuk? Oftewel, als ik nu ga starten met een verhaal over mezelf, waarin we dat gaan bespreken, dan gaat het publiek nou niet denken oh, dat is gaaf, ik moet verder luisteren. Dus, waar ik heel erg in geloof, of het nou een podcast is, of het nou een presentatie is, een training is, of je met de keynote spreekt, zorg er eigenlijk direct voor, dat jij je publiek wat gaat geven.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, dat is volgens mij al een gouden tip Zorg er meteen voor, dat je je publiek wat gaat geven. Mag ik dan de vraag aan jou stellen Wat kan het publiek van deze podcast vandaag verwachten?

Daan Hamaker:

Ik denk, dat we het gewoon eens gaan hebben over het spreken, spreken voor groepen, het trainen Misschien, hoe je op een goede manier het publiek gaat meenemen in jouw verhaal, dus, dat je van tevoren al echt goed gaat bedenken, wat hoop ik nou, dat iemand na afloop gaat onthouden of gaat doen. En dan gaan we eens kijken, wat daar allemaal bij komt, kijken. Daar gaan we een klein gedeelte van vangen.

Huibert-Jan van Roest:

Oké, dus we gaan het hebben over spreken, we gaan het hebben over hoe je mensen meeneemt in het verhaal. We gaan nadenken over wat je wil, dat mensen er uithalen of onthouden, en voor wie is? wie moet hier nu absoluut blijven luisteren.

Daan Hamaker:

Als jij zo af en toe een presentatie mag geven, mag spreken voor groepen, dan zou ik zeker weten, blijven hangen.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, ik voel nu al de spanning, omdat we nu meteen een soort belofte hebben gedaan aan de luisteraar. Meestal doe ik dat niet, meestal denk ik inderdaad om mezelf. Ja, dan wil ik toch gewoon eerst weten van Hé, wie ben je, waar kom je vandaan?

Daan Hamaker:

Misschien wel leuk. Jij zit in de comedywereld. dit was het nieuws.

Huibert-Jan van Roest:

Kijk je dat wel eens.

Daan Hamaker:

Ja zeker, ik vind, dat echt best wel leuk, vooral ook nog van vroeger, dat ik het altijd keek. Weet jij, hoe zij daar starten met hun programma?

Huibert-Jan van Roest:

Bedoel je het starten van de uitzending.

Daan Hamaker:

Ja, dus zeg maar na de tune zegt Harm op een gegeven moment dit was het nieuws Of welkom bij. dit was het nieuws.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, ik heb zo'n beeld voor me van zo'n wereldbol. Ja, dat is die wereldbol.

Daan Hamaker:

En daarna gaan ze starten. Maar wat zij dus niet gaan doen, zij gaan niet zeggen. Nou, vandaag zit aan mijn rechterkant Peter Pannenkoek, die zit met die en die gast, en aan de andere kant zit Jan Jaap.

Huibert-Jan van Roest:

Dat is, wat ze bij Barlaat zouden doen, wat de presentator Harm gelijk doet.

Daan Hamaker:

Die gaat beginnen met een aantal grappen, dus die start gelijk met vier, vijf grappen, met een aantal fragmentjes, daarna gaat hij pas de gasten introduceren.

Huibert-Jan van Roest:

Dus je weet, als je houdt van grappen, dan moet je blijven kijken. Dat is eigenlijk de belofte. Dus wat?

Daan Hamaker:

ik daar wel heel erg tof aan vind. Dat is ook nog een mooi punt. Als je kijkt, heb je gelijk een beetje een idee, wat je kunt verwachten. Dus als mensen dan blijven hangen, ja, dan blijven ze ook wel hangen, want dit is wel, wat het is.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, dus, het is niet eens wat. Ik zou me ook kunnen voorstellen, zoals we het net zelf deden was het eigenlijk meer een belofte van nou, we gaan het eigenlijk ook meteen doen. Zelf deden was het eigenlijk meer een belofte, we gaan het eigenlijk ook meteen doen.

Daan Hamaker:

Ja, natuurlijk, je zegt wel nog even welkom, fijn dat je er bent. Ze hebben ook nog een tune. Dat vind ik zelf altijd ook wel lekker. Gewoon zo'n begintune, want dan kunnen mensen even wennen aan, wat er gebeurt. Oh ja, ik kan er even inkomen. Heb je ook nog een klein schakelmomentje, een klein schakelmomentje tussen? oh, volgens mij gaan we beginnen, en het begint Ja, en daarna beginnen ze gelijk.

Huibert-Jan van Roest:

Er gaat een wereld van me open. Ja, cool hè.

Daan Hamaker:

Ik zat in één keer, laatst zat ik te denken hé, dat is grappig, dat is precies ook, wat je bij presenteren doet.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, en daar dan even het bruggetje maken. Jij bent presentatietrainer. Stel dat ik. Ik ben luisteraar, ik moet af en toe een presentatie geven. Dan moet je blijven hangen. Dus, als het goed is, zit je er nog, en ik wil deze techniek, die jij nu beschrijft, toepassen. Hoe doe ik dat? Hoe pak ik dat?

Daan Hamaker:

aan Zorg ervoor. Dat begint trouwens nog wel met één stapje terug. Dit was het nieuws. Dat heeft dus die begin-tune. Maar als je spreekt voor een groep, heb je dat eigenlijk ook, en dat is eigenlijk van het moment, dat jij de deur instapt, de ruimte instapt, alles klaarzet, tot aan het moment, dat jij het moment hebt, dat zie ik ook al.

Huibert-Jan van Roest:

Dat zie ik als jouw begintune. Ja, en een begintune heeft als doel, dan om even te ontspannen, even er klaar voor te gaan zitten.

Daan Hamaker:

Ja, en ik denk zelfs, nu ik daar zo over nadenk, dat het eigenlijk voor beide partijen is, voor jou als spreker, als trainer, als keynote-spreker, dat je even een momentje hebt. Hoe ziet het? eruit momentje hebt. Hoe ziet het eruit? Waar ga ik staan? Ga ik een meter links staan? Ga ik een meter rechts staan? Ik denk er dus zelfs ook zo over die tafel. Die ga ik even een halve meter verplaatsen, want dan kan ik net even beter die mensen in de hoek daar zien.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, dus dit is ook je voorbereiding, en het grappige is, dat ook op dat podium ik omschrijf ik noem mezelf geen presentatietrainer, spreektrainer, maar ik omschrijf vaak het podium als mensen hun werkplek. En dan zeg ik ook, als je op je werk aankomt, het eerste, wat je doet, is je klapblok even recht leggen je laptop openklappen, en als je begint, nou niet meteen te praten op dat podium, maak die plek eens even eigen, want er gebeurt al. Zoveel Mensen moeten al naar je kijken, die zien, wie is dit?

Daan Hamaker:

Ja, helemaal eens, Zal ik daar gelijk een tip bij geven.

Huibert-Jan van Roest:

Ja heel graag.

Daan Hamaker:

Ik denk, iets, wat weinig sprekers of trainers doen, is even kijken, hoe ziet het eruit vanuit het publiek. Dus, wat mijn voorstel is, als je op een gegeven moment denkt, nou, we gaan bijna beginnen, loop gewoon even naar achter en ga even op drie plekken in de ruimte, in het lokaal, even zitten en even staan. Kijk gewoon even, hoe ziet het eruit.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, en in een ideale wereld, in het theater, zou je dat zelfs misschien nog doen tijdens een soundcheck met een technicus?

Daan Hamaker:

Ja, precies Of, je laat het iemand anders doen, die gaat er even staan. Maar we weten ook, voor de meeste luisteraars zal dat niet gelden Voor mij trouwens ook.

Huibert-Jan van Roest:

Ik kan me voorstellen, dat je dat inderdaad al. heb je een meeting in een vergaderlokaaltje, waar je even aan de kop van de tafel moet staan?

Daan Hamaker:

Ja, 100% Zeg ik nog.

Huibert-Jan van Roest:

Mensen kijken straks een uur lang naar jou Nou dan zou ik denken neem even de moeite, om te kijken, hoe het eruit ziet, waar ze een uur lang naar kijken. Hele mooie tip, en ik zou er dan meteen de tip aan toe willen voegen Sta je op een event te spreken of op een plek, waarvan je soms, is dat podium ook niet de hele tijd beschikbaar, dus, zodra je binnenkomt, en je weet van hé, ik kan even op dat podium gaan staan en vanuit het podium alvast mijn eigen positie verkennen, doe dat ook.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, zeker Want als je dat vergeet, en je loopt voor het eerst dat podium op, en je schrikt er ineens van oh shit, hoe groot is die zaal. Eigenlijk wel niet.

Daan Hamaker:

Dan ben je als een hert in de koplampen, een hert in de koplampen, ja, ja, en je weet gewoon niet, tot hoever je kan lopen, bijvoorbeeld. Dus je wil van tevoren ook weten, tot hoever kan ik lopen, waar de flip over staat, waar je beamer staat, waar de stoelen?

Huibert-Jan van Roest:

dat wil je even weten, waar begint mijn microfoon te zingen. Ja, ja.

Daan Hamaker:

Dus dat is ook wel een mooie.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, ja, Dit is Kun je nagaan. we hebben het nu over de eerste paar minuten van de podcast. We hebben het over de eerste paar minuten van een presentatie, en dat zit dus al zoveel in, waar je op moet letten, hoe gaan?

Daan Hamaker:

we verder. Dit is eigenlijk even een mooi check-in momentje.

Huibert-Jan van Roest:

Oké, we kunnen nu een half uur praten over de eerste paar minuten.

Daan Hamaker:

Hoe wil je met zijn inbieden, kijk, dat heb je dan op een gegeven moment gedaan. Dus we hebben Even kijken, mooi beginnetje, en daarbij zit hopelijk ook wel altijd nog echt wat van contact maken. Dus, er zitten ergens wel wat contacten maken. Dus, als je opent, je gaat ook niet keihard keihard beginnen. Het is geen muziekconcert.

Huibert-Jan van Roest:

Wat bedoel je?

Daan Hamaker:

Goeiemorgen ahoy, dat zei je niet. Nou, ja, ik Ja, dan mag ik het een keer uitproberen. Ahoy heb ik nog niet gevuld, maar goed, wie weet, als de podcast uitkomt, Op twee varianten. Ik denk aan de ene kant, qua volume begin je inderdaad niet daarmee, en vanuitgaande, dat het gewoon een gemiddeld genomen publiek is, maar ook qua inhoud zou ik ook niet gelijk knijterhard gaan beginnen. Dus, dat je mensen ook rustig meeneemt, dat je niet gelijk je grootste inzicht of een van je grootste drie tips, dat je die gelijk gaat delen, maar gewoon mensen even een beetje gaat masseren, even een beetje warm laten worden.

Huibert-Jan van Roest:

Even een beetje warm laten worden, Even een beetje triggerd Zijn. Die grappen van dit was het nieuws, die begingrappen zijn dat ook. Dat zijn misschien ook nog een beetje de onschuldige grapjes. Ja, dat denk ik wel, De kleine korte grapjes.

Daan Hamaker:

Ja, kleine korte grapjes, maar wel, ja, het is inderdaad onschuldig, Want ik denk niet, dat daar een te ho zit. Dus ze gaan dan. Je hebt gewoon zeker met humor ja tot hoever kan je gaan, als je daar midden in de show?

Huibert-Jan van Roest:

dan denk ik, dat er meer kan dan direct bij de start En niet meteen shockeren.

Daan Hamaker:

Nee, nee, tenzij uitzonderingen je je sporen hebt verdiend, dus tenzij je Theo Maassen of Hans Theo bent die kunnen heel veel maatstappen En de mensen komen ervoor. Ja, die denken eigenlijk, zit jij nou een genuanceerd grapje te maken.

Huibert-Jan van Roest:

Kom op, man Hé beledig even, wat mensen Bel, hem er even.

Daan Hamaker:

Ja Oké dus dat hebben we gehad. Wat ik dan leuk vind, dan gaan ze dus daarna de mensen introduceren, gaan ze het gast introduceren. Dat doen ze niet zo heel lang, maar ze denken wel heel erg goed na over ja, hoe ga ik dat doen? Wat ik daarbij heel erg leuk vind, dat doet dus in dit geval de presentator. Dat is dus vet relaxed. Dus, als je als spreker je kan laten introduceren, als je de keuze hebt, altijd doen.

Huibert-Jan van Roest:

Want dan kan jij bijvoorbeeld zeggen Dus dit zou eigenlijk het moment zijn, in de podcast, om dan iets te zeggen, over jou te gaan, hebben Eigenlijk nu pas, zeg maar Ja precies Nu eigenlijk.

Daan Hamaker:

Want nu zou de luisteraar kunnen denken Oh, die Daan, daar kan wel eens interessant zijn, daar wil ik wel meer van weten. Maar wat doet hij eigenlijk?

Huibert-Jan van Roest:

Ja, en daar wil ik toch even inbreken, want dan vind ik dit ook echt het moment, om jou even te introduceren. Jullie hebben nu al tien minuten geluisterd naar Daan Hamaker. Hij is presentatietrainer, en hij traint ook heel veel trainers, dus jij weet ook heel veel van hoe werkt dat nou eigenlijk? trainen Hoe?

Daan Hamaker:

bouw ik dat op.

Huibert-Jan van Roest:

Nou, dat hebben jullie eigenlijk al gemerkt in dit gesprek, En ik heb je uitgenodigd in een podcast. We hadden elkaar ontmoet in een comedyclub. Wij delen, denk ik, een voorliefde voor spreken en presenteren. Ja, en we gaan het hier gewoon verder over hebben.

Daan Hamaker:

Dat is, wat we gaan doen. Ja, laten we dat doen. En als je dan toch laat introduceren, dan is het dus eigenlijk, dat hebben we nu niet gedaan is het dus handig, om van tevoren duidelijk te laten weten wat wil je nou laten terugkomen erin, wat vind je nou belangrijk En waar ik in geloof of je dat nou laat doen, of dat je dat zelf gaat doen dat er in ieder geval twee elementen terugkomen, dat er ergens wat contact zit, dat mensen zich wel herkennen in mij, en dat is vooral op het contactniveau, op het relatieniveau, en wat ik dan tof vind, als je dan op inhoudniveau dat je dan laat introduceren, of dat je dan wel laat weten. Oh, maar hier sta ik echt wel even boven.

Daan Hamaker:

Ik kan jullie wat bieden? Dus, we hebben misschien raakvlakken. Jij kan dit ook, maar ik laat je wel weten, ik heb wel niveau vandaag. Ik ga je wel wat laten zien.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, dus ik gebruik weleens de term earning the right to speak Een beetje even wat strepen laten zien Tuurlijk.

Daan Hamaker:

Doe je dat, om het vertrouwen te verhogen, meteen aan het begin Ja, je wilt het vertrouwen verhogen En gewoon, dat zij weten. Oh ja, leuk, ja, hij kan dat wel.

Huibert-Jan van Roest:

Ik heb daar vertrouwen in. Is dat nodig? Misschien niet bij iedereen, misschien zullen sommige mensen naar een training komen van ik wil sowieso leren, van iedereen maakt niet uit, maar hebben mensen dat vaak nodig, om bereid te zijn, om te gaan leren.

Daan Hamaker:

Ik denk, dat er meerdere argumenten zijn, om iemand in de leerstand te krijgen, of om iemand actief te krijgen, of om jou te laten geloven. Eén stapje terug nog. Ik heb een Master Behavior Economics gedaan. Daarin stonden Daniel Kahneman en Cialdini Centraal. De overtuigingsprincipes van Cialdini, die sluiten ook wel heel erg aan hierbij. Dus, dat zou het principe kunnen zijn van sympathie. Wat?

Daan Hamaker:

hij heeft En het overtuigingsprincipe autoriteit. Dus op het moment, dat iemand in een witte jas staat, dan is het waarschijnlijk. Oh, die zal er wel verstand van hebben. Ja, weet je, als de Calgon-middel reclame? iemand, die zo'n wasmachine uit elkaar staat te halen, waar we ons overigens ook inmiddels wel van kunnen afvragen Werkt dat nog steeds?

Huibert-Jan van Roest:

Ja, en dan hoor ik toch vaak van reclame mensen dat alles, waarvan we denken van, oh ja het werkt, niet, dat het toch nog steeds werkt.

Daan Hamaker:

Dat denk ik ook. Het principe blijft gewoon hetzelfde.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, en misschien denken we ergens in ons bewuste brein wel van nou, wat een onzin, die man in een witte jas Maar ergens is toch dat zaadje geplant.

Daan Hamaker:

Ja, dat denk ik dus ook. Dat zou ik proberen, laten terug te komen.

Huibert-Jan van Roest:

Dus je wilt eigenlijk vanuit de vriendpositie en de autoriteitspositie overtuigen. Wat zou je doen om van de autoriteitspositie kan ik me voorstellen ik heb behavioral economics gestudeerd. Alleen al zo'n zin zou al jouw autoriteit kunnen verhogen. Wat doe je, om dat vriendschappelijke contact te?

Daan Hamaker:

leggen? Goeie vraag, dat is er eentje. Die hangt heel erg af van het publiek, wat ik heb, soms spreek ik voor ondernemers. En een zijstapje nog Ik geloof er wel in Bl erg af van het publiek, wat ik heb.

Daan Hamaker:

Dus, soms spreek ik voor ondernemers. En een zijstapje nog Ik geloof er wel in, blijf wel bij jezelf. Ik vind het echt prima, als je jezelf een beetje gaat oppoetsen, lekker doen, je hoeft niet bescheiden te zijn, maar ga niet lopen liegen, ga niet dingen zeggen, die niet waar zijn. Dus dat is nog even iets van, wil ik altijd wel benoemen. Bijvoorbeeld bij zo'n groep ondernemers vertel ik vaak iets van, hoe ik zelf ben gestart als ondernemer. Ik dacht, ik ga starten als ondernemer. Ik had dus die studie gedaan, ik had heel veel toffe ideeën, en ik dacht, dat gaat een groot succes worden. Maar er kwam gewoon helemaal niks uit. Dat duurde echt best wel lang, voordat het goed op gang kwam. Nou, dat is iets, wat ik wel eens vertel bij zo'n groep ondernemers.

Huibert-Jan van Roest:

En daarmee volgens mij kies je met zo'n opmerking Ik heb behavioral economics gestudeerd Kies je bewust even voor de hoge status zeg maar En hier in dit verhaal is het van het duurde even en het is moeilijk En dan kies je misschien voor een wat vriendschappelijke en wat meer van een lage status introductie.

Daan Hamaker:

En mijn stijl. Ik vind het ook wel erg leuk, om veel zelfspot te hebben. Dus ik neem mezelf graag een beetje op de hak, dus ik overdrijf het ook wel echt. Ik zou het even klappen. Ik had gewoon, ik start, ik had gewoon briljante ideeën, echt geniaal. Nou, wat denk je? Allemaal de prullenbak in. En dat klopt ook Ik overdrijf wat, maar het gros is het niet geworden.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, ik kan me ook voorstellen, dat dat een beetje contrast want je brengt hier ook contrast aan. Je zegt van ik had allemaal briljante ideeën, maar ze gingen allemaal prullen ook in. Ik kan me ook wel voorstellen, dat je in die zin ook een hele grote bewegingsruimte geeft, om gedurende zo'n dag dan weer even in de rol te stappen van ik weet ook niet alles.

Daan Hamaker:

En af en toe in de rol te kunnen stappen van hier weet ik even heel goed, waar ik het over heb, precies, want daarmee voorkom je ook, dat ik de hele dag ben, dat ik het allemaal ga uitleggen, hoe jij het moet gaan regelen. Zo zit het niet. Dat vind ik mooi, dat je dat zegt. Over een aantal punten vallen er niet onderhandelen bij mij.

Huibert-Jan van Roest:

Dat is gewoon, wat het is, en een aantal dingen gaan we gewoon mee. Spelen Gaan we mee spelen wat bij jou past.

Daan Hamaker:

Bijvoorbeeld als jij als presentatietrainer binnenkomt, dan ben jij de presentatietrainer. Ja, ik neem de regie. We kunnen best spelen met het programma. Ik wil daarnaar in luisteren, maar uiteindelijk ik neem de regie. Daar geloof ik heilig in. En op een aantal andere fronten, zeg je, vind ik ook weleens lastig. Gaan we eens even gewoon samen onderzoeken, wat kunnen we daarmee doen?

Huibert-Jan van Roest:

Ja, ik moet dan ook even denken aan ik train zelf als advocaat, en daar zit er soms ook wel eens een tussen die zestig is en die al veertig jaar in het vak zit en die heel veel vaker in de rechtbank heeft gestaan dan ik. En als ik dan een pleitrainer sta te geven, dan is het soms ook letterlijk zo, dat zo iemand echt wel meer weet van de rechtbankpraktijk of van pleiten of van procesrecht dan ik zelf.

Huibert-Jan van Roest:

Ik kan er echt wel goed in meegaten, en ik denk, dat ik ook zeker de positie durf in te nemen van ik weet meer van storytelling en van podiumtechniek. Dus het is niet zo, dat je zo iemand alleen maar de topdoc laat zijn. Maar die moet je wel ook af en toe gebruiken, denk ik Ja, die ga je zeker gebruiken.

Daan Hamaker:

En dat is het spel, wat ik ook heel erg boeiend vind Hoe ga je dat nou doen? Hoe ga je iemand nou meenemen? Hoe ga je die nou? de groep op een goede manier laten meenemen, want de grote kans, als het zo is, zoals jij het beschrijft, dat diegene ook heel veel invloed heeft op de groep. Dat als hij een kant kiest of een uitspraak doet, dat de groep dan denkt, dat zou best wel eens kunnen kloppen. Ja, die persoon.

Daan Hamaker:

Inderdaad echt zo'n alfa-persoon in de groep Dus dan is het weer heel erg zaak, om dat op een juiste manier te gebruiken. Je hebt ook wel eens de andere kant. Dan wil iemand de alfa zijn, maar dan denkt de groep ach jeetje, die brullaap weer, die gaat weer alles lopen verkondigen.

Huibert-Jan van Roest:

Dit gaat weer vijf minuten duren. Wij willen verder. Hij gaat weer brullen. Hij denkt, dat hij gelijk heeft. Ik denk, dat iedereen, die mij straks luistert, die trainingen geeft, die herkent. Die heeft meteen iemand in zijn hart. Ah, die.

Daan Hamaker:

Ja, dus het komt wel ook op hetzelfde neer. Hoe ga je die een beetje vriendelijk In?

Huibert-Jan van Roest:

zijn hok krijgen? Ja, dat is het.

Daan Hamaker:

Ja En krijgen. Ja, dat is het, en af en toe mag je je djoper doen. Ja, klein, nietje zeggen.

Huibert-Jan van Roest:

Hoe doe je dat, als ik hier een goede tip over kan horen?

Daan Hamaker:

Kijk, daar doe ik, denk ik, wel tien dingen mee, en dat is ook een beetje oké. Wat werkt er, wat werkt er niet, wat ik daar al bijvoorbeeld mee doe? ik zorg, dat ik op tijd ben, ik zorg, dat ik mensen een handtrap geef aan het begin, dat ik even een kort praatje heb gemaakt Bij zoveel mogelijk. Daar kan ik er al wat uithalen. Dus als ik vraag bijvoorbeeld hey, alles goed, heb je er zin in vandaag? En als iemand zegt ja, ik heb er wel zin in, maar ik weet eigenlijk alles al.

Huibert-Jan van Roest:

Of iets in die trant?

Daan Hamaker:

Ja, ik heb al echt heel veel trainingen gehad. Nou, dan gaat het direct al draaien. Ik denk ook heel erg na over mijn woordkeuze. Dus bijvoorbeeld wat zeg je, als je iemand vriendelijk in zijn hok wil zetten? Op een gegeven moment heb ik bijvoorbeeld een zin gehad van ik ga je nu even vriendelijk afremmen. Dat vind ik zelf een hele prettige zin, om te gebru.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, en wat ik? Ik moet ook een beetje denken aan de comedy techniek. Die je echt veel ziet op stand-up, is dat als je juist heel lomp. Je moet eerst dus de groep voelen, van Oh ja, deze persoon is irritant, en op een gegeven moment, als die dan voor de zesde keer onderwijst, gewoon zeggen, nou even niet, en dat is heel lomp. Maar dat kun je wel met een soort liefde en knipoog zeggen, dat je ook wel voelt, van hé, we snappen elkaar wel. We doen dit even voor de groep Nou is dat niet.

Huibert-Jan van Roest:

Dan kan het ook.

Daan Hamaker:

Het is wel gevaarlijk, dit Ja, maar het is wel supertof, als je dat kan, en ik denk, zoals jij het beschrijft, dat het kan. Er zijn wel een aantal voorwaardes voor nodig. Eén is, je moet de groep wel een band mee hebben. Je moet het zo secuur, netjes verwoorden, dat die gast denkt oké, het is wel prima. Het moet een soort van onderhondje zijn met die gast en een band zijn met die groep.

Huibert-Jan van Roest:

Dat vind ik een hele mooie omschrijving, een onderhondje met die gast. Ik kan me ook letterlijk kniphoog, bijna zo voor me zien.

Daan Hamaker:

Ik denk, dat dat heel erg mooi is, als je dat kan.

Huibert-Jan van Roest:

En is dat? ik denk nu ook aan het contact maken. Je had het net even over, je begint bij zo'n training contact maken. Nou, we zitten nu voor mijn gevoel qua structuur ook even midden in de training zeg maar En hier ben je dus enerzijds contact aan het maken met de hele groep tegelijk.

Huibert-Jan van Roest:

maar je hebt dus ook even die korte één-op-één interacties daarin. Ik kan me best voorstellen, dat je als beginnende trainer en je moet ook nog nadenken over je inhoud en over je programma en over de ruimte en over broodjes ook nog binnen. Dus je hebt al best wel veel te managen En om dan ook nog gevoel te houden bij deze.

Daan Hamaker:

Ja, dat is het lastige eraan. Ja, dat is het lastige eraan. In zo'n training ben je eigenlijk op twintig borden tegelijkertijd aan het schaken, en dat is continu nadenken.

Huibert-Jan van Roest:

En sowieso, wat mij heeft geholpen, is gewoon honderden trainingen geven. Maar zou je dit ook kunnen ontwikkelen?

Daan Hamaker:

als ik zeg, van nou, ja, dit wil ik trainen of oefenen, als jij het leuk vindt, om te doen, want dat had ik zelf heel erg. Ik ben ook oprecht in het begin ben ik echt wel heel vaak de mist in gegaan. Ik ging bijvoorbeeld vaak de strijd aan met die gast Dacht ik zal even zien, hoe aderem ik ben, hoeveel argumenten ik heb en hoe snel ik ben, probeer, hem de ronde te drukken.

Daan Hamaker:

Ja, en het pijnlijke daarvan is, het lukt ook nog vaak. Maar de keren, dat het niet lukt, ben ik gewoon nat gegaan. Voor hem, voor de groep, voor de opdrachtgever ga je gewoon nat.

Huibert-Jan van Roest:

Dus dat is gewoon echt een slechte zaak Ja zeker. Nee, dat zou echt. Zelfs als het lukt, dan is er nog steeds één iemand, die heeft verloren Precies. je verliest gewoon.

Daan Hamaker:

Dus, wat kan je allemaal doen Voor mezelf? ik moest heel veel dingen meemaken, om tot een oplossing te komen. Maar neem bijvoorbeeld die broodjes. Dat kan je gewoon regelen. Je kan gewoon regelen, wat er van tevoren met die broodjes gaat gebeuren. Heel simpel als ik een training geef, als het mogelijk is, laat ik een karretje voor de deur neerzetten en breng ze niet, die broodjes binnen, want ik weet gewoon, wat er gaat gebeuren, als ik voor een groep sta en ik heb een heel goed verhaal hè, en er komen lekkere koeken binnen.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, ja, of, je zit met een emotioneel moment of je zit met een concentratie, en er komen koeken binnen.

Daan Hamaker:

Ja, ons brein denkt maar één ding Wanneer stopt dit, wanneer kan ik die lekkere koeken nemen?

Huibert-Jan van Roest:

Die roepen me al Is je goed, luister, hoor je ze?

Daan Hamaker:

Daar ga je een beetje mee spelen, en als het wel gebeurt, hé, laat het gaan, laat ze lekker een koek pakken En hou jezelf, hou de groep daar ook niet voor gek van. Oh, maar dit moet altijd zo. Ik denk, dat presenteren misschien ook wel deze podcast is goed voorbereiden, weten, wat je wilt zeggen, en dan ook lekker kunnen meegaan in de flow.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, dus, je maakt eigenlijk misschien wel een keiharde non-negotiable structuur zeg maar in je voorbereiding. En vervolgens is hij negotiable as Ja. Dan moet je er heel flexibel over zijn.

Daan Hamaker:

Misschien nog even. Ik zat nog even na te denken over hoe doe je dat? nou? Zeker in het begin ben ik ook wel benieuwd, of jij dat ook herkent. Hoor, als bij comedy Denk ik nog richter na over de vragen, die ik stel aan mijn publiek, ja denk ik nog gerichter na over de vragen, die ik stel aan mijn publiek. Dus, in het eerste uur zijn mijn vragen zo ingericht, dat ik al best wel goed kan voorspellen, wat de antwoorden gaan worden. Dus dan zijn ze wat minder open. Ik had echt van die open vragen gesteld. Hoe gaat het Dan weet je niet, welke kant het op gaat, terwijl als ik daar al iets vernauwend mijn vraag in ga stellen, kan ik dat veel beter sturen. En omdat ik aan het begin van de dag moet zij mij leren kennen, ik moet hen leren kennen probeer ik, dat aan het begin wat te vernauwen, om te voorkomen, dat in één keer iemand over heel iets anders gaat beginnen, waarvan hij denkt oh chips, dat is niet de kant, waar ik op wil.

Huibert-Jan van Roest:

Ik denk, dat ik bij comedy heb geleerd, om eigenlijk helemaal geen vragen te stellen, en dat betekent niet, dat ik geen interactie doe met het publiek, maar ik ga pas de interactie in, als hij zich aandient. Dus er gebeurt wat.

Huibert-Jan van Roest:

Of ik maak een grap, en ik zie iemand anders reageren, harder lachen dan de rest Of minder Pas op het moment, dat die ergens ontstaat. Dan ontstaat die Want als ik. Ik kan me voorstellen, dat, als ik vragen ga stellen, maar grip probeer te houden. Dat wil ik eigenlijk niet doen. Als ik een vraag stel, wil ik echt nieuwsgierig zijn naar het antwoord.

Daan Hamaker:

Want, als ik dat niet ben, dan ben ik bang, dat ik daar contact verliest. Ja, dat vind ik wel mooi. Dus eigenlijk zeg maar, in comedy zeg jij, ik begin eerst gewoon meer met een statement Of meer met een Ja te vertellen, wat ik kom doen, en soms gaat dat meteen mis.

Huibert-Jan van Roest:

In mijn eerste zin is dat iets anders, dan wat ik gepland had, om te zeggen Want dat is het wel. Ik probeer altijd, wel een soort van open te staan, als ik het podium opga, want daaruit ontstaat uiteindelijk de interactie. Maar dat betekent dus ook, dat je niet heel, je bent heel losjes gefocust. Kan ik dat zo zeggen? Ja, klopt.

Daan Hamaker:

Je probeert, heel ontspannend te zijn voor een groep. Ik geloof er echt in dat, als jij ontspannen bent, dat is misschien wel de nummer één, als je dat voor elkaar krijgt. en tegelijkertijd mag er niks ontgaan. Er mag gewoon niks ontglippen.

Huibert-Jan van Roest:

Nee, maar je hoeft niet overal op te reageren.

Daan Hamaker:

En ik denk, dat ik dat Sterker nog, je wil het juist niet.

Huibert-Jan van Roest:

Nee, en ik denk, dat ik dat echt wel met schade en schande heb. geleerd, niet meteen overal opduiken.

Daan Hamaker:

Het is, is het helemaal zo? je bent niet altijd goed verstaanbaar. Dus dat heb je al soms in groepen. Kijk, als je een groepje traint, en we zitten met z'n achten, is prima, wordt het vijftien, de ruimte wordt alweer groter. Ze zijn hiernaast ook met een presentatie bezig. Dan moet ik al beter nadenken over hoe is de verstaanbaarheid eigenlijk? Als ik nu met degene ga sparren, die dicht bij mij op de hoek zit, Hoe gaat het dan, als diegene 20 meter verder in een andere hoek zit?

Huibert-Jan van Roest:

Gisteren was ik in het Comedy Café, en dat was de Open Mic avond op donderdag, en ik was als tweede. Het was best wel. Zo'n avond heeft een beetje een eigen dynamiek, en dit was best een avond, die een beetje taai was En het ging op zich wel oké, maar toen kwam de derde comedian, en die had eigenlijk een hele duidelijke set. Die ging over één duidelijk onderwerp, en die had een vrij rustig tempo.

Huibert-Jan van Roest:

Die was heel goed verstaanbaar, zeg maar En toen zag ik van oh ja, dit is echt even, wat dit publiek op dit moment nodig heeft. Je moet even in het ritme geduurd worden, zodat er daarna weer een comedian kan komen, die dat weer opkloot. Het is heel erg geweldig, om dat te zien, terwijl, als ze al een paar keer heel erg in dat ritme zitten, en er wordt al gelachen, dan maakt het niet meer uit of ze het niet meer verstaan.

Daan Hamaker:

Dan wordt het veel meer een soort dierlijk proces Ja vet, en ik denk dus, ik denk, dat in de community geldt exact hetzelfde de echte toppers, die kunnen variëren daarin, die kunnen variëren in het moment, dus die blijven de inhoud houden, de grappen delen, waar ze gewoon voor staan, waar ze voor willen gaan. Maar de vorm, net de nuance, net even iemand aankijken, net even een naampje uit het publiek noemen, net even wijzen naar iemand Iets meer uitleggen, iets vertragen of juist niet?

Daan Hamaker:

Ja, ik denk dat, dat de toppers zijn. Ik denk, dat dat En jij noemde net van openstaan- Ja Wat is dat eigenlijk?

Huibert-Jan van Roest:

Nou, ik denk, zoveel mogelijk prikkels willen ontvangen.

Daan Hamaker:

Oh ja.

Huibert-Jan van Roest:

En dat is misschien weer losfocus. Als je gefocust wil zijn, stel ik ben mijn e-mailbox aan het leken dan wil ik eigenlijk zo min mogelijk prikkels ontvangen. Dus dan wil ik het liefst gewoon naar mijn laptopscherm kijken zo de taak doen. Maar als ik met zo'n hele taakgerichte focus het podium op ga, dat kan hè, als ik een tekst heb uitgeschreven, waarvan ik weet van oh ja, er zitten heel mooie beritmen, en er zitten allemaal strakke punchlines in en als ik die taak helemaal perfect uitvoer, dan gaan ze het leuk vinden.

Daan Hamaker:

Dus op zich is.

Huibert-Jan van Roest:

daar kan dat, maar het kan best zijn, dat ik dan mis, wat er eigenlijk op dat moment aan de hand is, in het ideaal, dat mensen aan het lachen zijn, omdat iemand anders heel raar lacht. Er kan van alles gebeuren. Dus dat bedoel ik met openstaan, dus eigenlijk misschien best wel bewust zo van ah ja, even voeren, laat maar komen. Wat is er aan de hand?

Daan Hamaker:

Maar dan moet je wel goed in je vak zijn, want ik denk, dat het pas kan, op het moment, dat jouw verhaal een routine geworden is, dat je weet, wat je wilt zeggen.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, alleen daar zeg ik wel bij dat, als je het wat langer doet, kun je ook een nieuw verhaal spelen op een manier, alsof het een routine is, precies, omdat je gewoon de vorm en het ritme en zo Maar dan ben je dus goed in je vak, en dan pak je er iets nieuws bij.

Daan Hamaker:

Ja, ik zit er even te denken, om dat visie veel te maken. Ik stel me dus eigenlijk voor, dat je gewoon een heel groot kasteel hebt, een heel groot kasteel, en dat is, zeg maar de focus, dat is jouw verhaal. En daar komen heel veel deuren aan, en al die deuren zijn erop gericht, om te kijken, prikkels te ontvangen. Dus elke prikkel komt binnen, alleen, voordat ze die deur door kunnen. Daar zit gewoon een keihard slot achter. Dus je wil zoveel mogelijk prikkels ontvangen, alleen. Er zit een keihard slot achter, en pas als jij denkt, dit is er eentje, die moet binnenkomen, dan mag je door dat harde slot binnenkomen.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, dat is wel mooi. Dus, je laat ze eigenlijk een beetje binnenkomen, en daar zit dan nog een soort van tweede laag van.

Daan Hamaker:

oh ja, maar deze gaan we echt even binnenkomen.

Huibert-Jan van Roest:

Ik moet nu ook denken aan Ik gebruik die vaak in trainingen, als het gaat om het kritische vragen. Dan laat ik wel eens een video zien van Steve Jobs, die dan zo'n hele kritische vraag krijgt, en dan zie je dus ook, dat hij hem soort fysiek incasseert. Dus dan reageert hij op die vraag door een soort stap naar achter te doen, oké, ja. Echt, alsof je een klap in het gezicht krijgt Weet je wel zo?

Huibert-Jan van Roest:

Met andere woorden, de hele zaal voelt meteen van hé, dit is niet alleen maar een vraag, dit is een aanval. Dat voelden ze al. Maar hij beeldt het eigenlijk nog extra uit zo van oh ja, we gaan deze even binnen laten komen. Dan loopt hij zo'n rondje over het podium.

Huibert-Jan van Roest:

Eigenlijk weet je zo van even bij zinnen komen even aan de adem komen, en dan gaat hij zitten, en dan gaat hij vertellen, van weet je, wat het is, en dan gaat hij gewoon heel rustig zijn verhaal vertellen over, wat ze binnen dat bedrijf aan het doen zijn. En ik vind, is dat eigenlijk met name dat fysieke deel daarvoor, de zo ja ook iets van oké, deze ga ik binnen laten komen. Oké, dan ga ik het nu ook uitvergroten ga ik jou laten zien, oh ja, dit is, zodat ik niet alleen, het niet alleen bij mij binnenkomt.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, dat bij de hele, de hele zaal binnenkomt. Iedereen weet van oké, we zijn hier op de focus. We gaan hier onze aandacht opleggen.

Daan Hamaker:

En denk jij, wat is het moment dat hij wist, wat hij ging zeggen.

Huibert-Jan van Roest:

Nou, ergens wist hij dat al van tevoren Dus ik denk, dat hij heel erg goed heeft voorbereid. Het ging op dat moment over een keuze van een bepaalde geprogrammeertouw, die ze gebruikt hadden. Nou, die zit hij denk ik, goed in. Dus, hij had dat ergens losjes in zijn rugzak als een soort brokje. Van nou, die ga ik ergens gebruiken. Ik denk dat op het moment, dat die vraag komt, dat hij dat daar nog het zoeken van hoe kan? ik vanuit deze vraag een soort van way in creëren naar mijn.

Huibert-Jan van Roest:

Dat is misschien letterlijk bijna de curve, die je ziet.

Daan Hamaker:

Dus van achteruit en dan weer naar voren bewegen.

Daan Hamaker:

Want ik denk namelijk, dat je dit alleen kan doen op het moment, dat je wel een goed antwoord hebt Of weet want dat is de tweede optie dus of je wist al een goed antwoord, of je had gewoon zoveel vertrouwen in jezelf, zoals het voorbeeld, wat jij nu stelt. Het antwoord gaat komen, want wat er gebeurt, als je hem incasseert, het wordt alleen maar meer. De tijd neemt toe, dus de impact daalt in. Oh, wat gaat er gebeuren? Hij loopt een rondje. Het Oh, wat gaat er gebeuren? Hij loopt een rondje. Het publiek gaat even nadenken. Dus de impact neemt toe En toe En toe. En hij gaat zitten. Oh, en hij vertraagt. Dus we gaan luisteren. Dus dan moet je wel echt van repliek kunnen dienen.

Huibert-Jan van Roest:

Want, als je dat niet kan, dan ben je. Ik zie dit echt als een trampoline, dan word je, denk ik, echt ook gegijzeld. Ik zie dit als een trampoline.

Daan Hamaker:

Je gaat keihard omlaag, en zodra jij van repliek kan dienen, als je die vraag goed kan pareren, dan schiet je omhoog.

Huibert-Jan van Roest:

Kun je hem niet van repliek dienen, dan zak je door die trampoline heen, en dan gaan we de afgrond in. Ja, en dan heeft die vraagsteller misschien we beschreven het net in winnen of verliezen, dat soort dynamiekjes, dan zou je misschien zelfs in de situatie komen, dat zo'n vraagsteller bijna wint.

Daan Hamaker:

Ja, zeker, dit was een touché. Hier heeft hij niet van terug. Ja of je gaat een strijd aan. Ja, Wel is niet, dus Dat is ook altijd vervelend.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, en dat deed hij dus bewust niet. Inhoudelijk in zijn antwoord ging het dus over waarom heb je deze programmeertuig gekozen en deze niet?

Huibert-Jan van Roest:

En toen zoomde hij eigenlijk uit en zegt van weet je, als je een bedrijf runt, kun je sommige mensen soms te vriend houden, maar niet altijd alle mensen, en dat betekent, dat we heel veel goede mensen om ons heen verzameld hebben, die de hele dag bezig zijn met het maken van dit soort moeilijke keuzes, en zo zijn we uiteindelijk lultiem dan naar zijn producten toe, wat hij op dat moment staat te verkopen.

Daan Hamaker:

Ja vet, als we dan even de inhoud ingaan. Dit is precies in lijn met hoe ik ook denk, dat jij met weerstand bijvoorbeeld om kunt gaan, dus, wat ik heel erg tof vind. ik denk ook, dat jij dat zelf doet. hij zegt eerst nou, als we even uitzoomen. Ja, Dus dat zorgt direct al voor, dat we in plaats van die clash, dat we zo tegen elkaar aan zitten, nee, we gaan van elkaar af Op een ander schaakbord.

Huibert-Jan van Roest:

Dus we gaan even uitzoomen Vervolgens.

Daan Hamaker:

daarna gaat hij het ook niet hebben over het standpunt, want het standpunt is gebruiken we programma X of programma Y? Nee, we gaan daarboven zitten. Dus hij legt uit, welke keuzes we hebben gemaakt, wat zijn de argumenten, die erbij horen, en op basis daarvan. daar kunnen mensen veel makkelijker in meegaan. Dus wat ik denk, dat super goed is, wat hij heeft gedaan hij is gaan inzitten op zijn argumenten en pas als allerlaatste het standpunt.

Huibert-Jan van Roest:

wat die vraag dus eigenlijk leidde, die ging gelijk in moeten we X of moeten we Y gebruiken?

Daan Hamaker:

Nu zeggen ik vind X, Jij hebt Y gebruikt. Nee, gewoon echt even die argumenten, Waarom zijn we daar tot gekomen? En daar kan je veel makkelijker mensen in meenemen.

Huibert-Jan van Roest:

Maar eigenlijk zeg je van Je zei net van, je moet een goed antwoord hebben zeg maar En wat je hier is eigenlijk, om dit goed te kunnen doen, moet je gewoon heel goed weten, wat je strategisch aan het doen bent.

Daan Hamaker:

En wat je visie is En of je er dingen nagedacht hebt En je afwegingen kennen. Ja, want hoe kan je anders een goed antwoord geven? Ja, En uiteindelijk moet je dus gewoon lekker in je eigen vak zitten. Ja tuurlijk, je moet wel weten, wat je gaat doen. En we zitten toch over presenteren en over spreken te hebben. Je moet weten, waar de weerstand zit. Het mag geen verrassing zijn, waar de weerstand vandaan komt. Dus als je daar van tevoren niet goed over hebt nagedacht, heb je gewoon een misser.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, en ik vind dit nog, ik vind het best een lastige opdracht, soms in voorgesprekken, omdat je hebt te maken met iemand uit een organisatie En die zegt van wij gaan de komende maanden bezig met dit thema. Maar we zijn er allemaal super enthousiast over.

Daan Hamaker:

Ja, wij van het woord.

Huibert-Jan van Roest:

En die zegt ja, misschien zijn er een paar mensen bij accounting. Die allemaal dingen bij zijn, maar af en toe vinden we dit allemaal hartstikke leuk. Dat is natuurlijk het perspectief In zo'n volgesprek heb je dan iemand met wie je zo'n volgesprek hebt. Die heeft een eigen perspectief over wat we vinden. Maar het is maar de vraag of die weet, waar de weerstand zit. Dus hoe kom je?

Daan Hamaker:

Nou ja, kijk, het antwoord is eigenlijk heel erg simpel. Dat is zijn perspectief, en we willen er meerder hebben. Dus, wat ik in het begin veel te weinig heb gedaan, is gewoon kritisch zijn. In het begin dacht ik oh lekker, ik heb een opdracht binnen. Dus voor degene, die beginnend spreker zijn, die denken oh lekker, opdracht binnen, oh lekker, geld verdienen, toffe klus, nieuw netwerk, gaaf, ik moet diegene tevreden houden. Ja, ik moet diegene tevreden houden, maar ik moet wel waarde leveren. Dus ik ga ook echt even kritisch doorvragen aan diegene, als ik het idee heb, dat er ergens wat schuurt, dan ga ik gewoon vragen kan ik even iemand spreken van die afdeling? Dat is één ding. Laten we gewoon even een rijtje maken. Dat is één ding, wat ik doe.

Daan Hamaker:

Ik zorg, dat ik betijdsje, dan kijk ik even, wat er speelt, als ik een presentatie geef, ook vrijwel altijd een persoonlijk intake stuur ik eruit. Dus je kunt de mensen een simpel vragenlijstje in twee, drie minuutjes even invullen, hoe ze in de wedstrijd staan. Dan ga ik van tevoren ook al nadenken, waar zou de mogelijke weerstand kunnen heersen. Dan heb ik gelijk al drie dingen te pakken, om er beter in te worden. Je kan googlen, je kan chat-GBT gebruiken. Hé, dit is mijn standpunt, dit is ergaande. Vertel mij eens even. Wie heeft hier geen zin in.

Huibert-Jan van Roest:

En wat zijn de argumenten daarvoor?

Daan Hamaker:

Dus, je gaat misschien zelfs wel actief even op zoek naar de weerstand Ja, en het is niet zo, dat ik dan ga starten en dat ik dan gelijk in de verdediging ga schieten. Maar ik wil wel goed voorbereid zijn.

Huibert-Jan van Roest:

Dat vind ik ook een spanningsveld hoor, want als ik bijvoorbeeld, als ik een spreektraining begin en sommige trainers voor mij doen dat ook wel eens- want die beginnen heel voorzichtig zeg. maar Wie vindt? het spreken hier eng.

Daan Hamaker:

Maar daarmee leg ik ook een soort van onbewuste boodschap erin. Dit is iets wat eng is Of, wat je eng zou vinden, als ik er helemaal niet over heb, als ik zeg mensen, we gaan vandaag allemaal op het podium voor het superlachen.

Huibert-Jan van Roest:

Dan is er zelden iemand, die zijn hand opsteekt en zegt dit vind ik doodeng.

Daan Hamaker:

Maar hoe weet je dan, of het speelt? Wat dan als mensen het wel eng vinden.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, en dat Ik denk, dat ik gewoon heel erg op mimiek let. En ik zie jou al kijken van, kom maar op.

Daan Hamaker:

Of niet. Ja, dat klopt wel.

Huibert-Jan van Roest:

Dus dan check je in die zin. Ik zie, ik observeer iets. Aan de hand daarvan heb ik een aanname, die spreek ik uit, en daar laat ik mensen op reageren. Ik zie, dat jij volgens mij heb jij wel zin, om als eerste te gaan, of niet?

Daan Hamaker:

Ja, Nou nee, wacht maar eventjes.

Huibert-Jan van Roest:

Oké en dan zou ik misschien nog wel iets vragen van oké, wacht maar eventjes, wat is er aan de hand dan?

Daan Hamaker:

Heb je iets nodig?

Huibert-Jan van Roest:

En zo kom ik er dan wel. Het is ook een beetje prikken, soms.

Daan Hamaker:

Precies, dat is, wat het is. Dus ik denk, ik denk, dat dat een mooi tegengeluid is. Aan de ene kant wil je niks aanwakkeren, je wil geen slapende honden wakker maken. Aan de andere kant, als het er wel is, moet het ook benoemd worden, Want als jij het niet benoemd, dan speelt het er wel, en dan komt het een dag later eruit Of aan het einde van de dag.

Huibert-Jan van Roest:

Jij zei net, ik druk me altijd heel zorgvuldig. Stel, je geeft een presentatietraining en het is een heel slecht idee. Dan zou je zeggen steek even hand op. Wie heeft er allemaal een bloedhekel aan presenteren? Ja Nou, nu chargeer ik het misschien. Dus dat is misschien een slechte manier, om te formuleren. Hoe zou je zoiets formuleren, als je op zoek gaat naar die weerstand? Hoe zou je zoiets zorgvuldig formuleren?

Daan Hamaker:

Ik zou wel op zoek Bij de spanning.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, jij komt het hebben over een thema. En je bent op zoek naar de weerstand op dat thema.

Daan Hamaker:

Welke vragen stel je om daar? Allereerst vind ik het wel mooi, om te realiseren, dat weerstand ook niet per se iets negatiefs is. Dat hoeft helemaal niet. Soms weet iemand niet, hoe het werkt. We hebben allemaal weleens weerstand ergens tegen. Ik zie dat niet per se als iets negatiefs. We hebben andere ervaringen. Ik ga eigenlijk op zoek naar het probleem. Dus, binnen trainingen staat er bij mij altijd één ding centraal. Ze zijn ondertussen al lang de intro voorbij.

Daan Hamaker:

Ik ga in mijn training altijd op zoek naar, wat de problemen zijn van mensen. Wat zijn de problemen, als zij gaan spreken. Dat kan te maken met die spanning, dus daar ga ik een beetje op prikken. Ik wil het niet erger maken, maar ik wil ze eigenlijk alleen maar nieuwsgieriger maken naar mijn suggestie straks.

Huibert-Jan van Roest:

Ja dus dat ze denken van deze gast heeft misschien wel een oplossing.

Daan Hamaker:

En dat ze daar zitten en dat ze eigenlijk denken hij heeft het nu een beetje over mij.

Huibert-Jan van Roest:

Dus, ik herken dat wel, En ik zie daar wel, denk ik, daar zit. ik had het net even over angst zeg maar Dus, misschien krijg je weerstand, als er angst is of krijg je angst als er weerstand is. Dus ik kan me best voorstellen, dat, als je gaat vragen van wie heeft er een probleem met presenteren? En de dynamiek is van, de verwachting is eigenlijk moet ik dit allemaal kunnen in dit bedrijf. Dus dat iemand dan bijvoorbeeld iets zou zeggen van nou, nee, ik heb daar nooit zo'n moeite mee, nee, nee, nee.

Daan Hamaker:

Terwijl die eigenlijk, dat ik zo'n vraag al nooit zou stellen. Wie heeft er een probleem mee? Maar ik kan wel eens vragen van wie heeft er wel eens spanningen gehad, als je moet presenteren? Wie heeft er wel eens iemand in de training gehad, die er echt geen zin had? Wie heeft er wel eens iemand in de training gehad, die de hele tijd met zijn armen over elkaar zat, boos te kijken? Wie heeft dat wel eens gehad? Nou, ik zou zeggen, ik heb dat wel eens gehad, hoor. Ik vind het ook wel eens spannend, om te presenteren, als ik het op die manier breng.

Huibert-Jan van Roest:

Je geeft eigenlijk allemaal vragen, waar het heel makkelijk een ja op te geven is.

Daan Hamaker:

Ja, en waarvan ik eigenlijk al weet, 80% heeft dat wel, en ook als anders iemand nee zou zeggen, zou ik er ook niet per se wat mee hoeven te doen. Maar die prikkel, ik neem hem wel weer tot mijn hand.

Huibert-Jan van Roest:

Het zou bijna een signaal zijn, dat er wat aan de hand is.

Daan Hamaker:

Als je dit allemaal nooit herkent.

Huibert-Jan van Roest:

Let je dan wel op.

Daan Hamaker:

Afhankelijk ook van het thema. dus stel je voor, dat het wel over die spanning zou gaan, zeg ik wel eens ja, kijk, als je helemaal geen spanning hebt dat heb ik wel eens gehad had ik eigenlijk een groter probleem. Dus gewoon te zeggen oké, maar dat is dus normaal. een beetje spanning, wetschappingsspanning heb je nodig, om te presteren. Als je daar voor een groep staat, dan moet je ook wat leveren. Dus een beetje spanning is hartstikke fijn. Wees daar in ieder geval dankbaar, voor dat je aanstaat.

Huibert-Jan van Roest:

Ja, mooi, we zitten zo in het middenstuk van de training. Ik zit ook een beetje naar de klok te kijken. We moeten richting een organisch einde. Daar hebben we wat tijd voor, Maar ik zou dan wel richting het einde van deze podcast Ja ga doen.

Daan Hamaker:

Dus allereerst, als je een moment spreekt, zorg ervoor, dat je altijd op tijd eindigt. Zorg ervoor, dat, als je van tevoren je materiaal maakt, dat je niet stipt op 45 minuten eindigt, als je 45 minuten de tijd hebt, echt zorg ervoor, dat je minimaal 5 tot 10 minuten ertussen houdt. Dat is het eerste. En bedenk ook echt, wat ga ik nog aan het einde van de dag doen, einde van de middag, einde van mijn keynote. Zorg ervoor dat vind ik wel een belangrijke dat je aan het einde altijd nog wel even iets leuks hebt, even iets leuks hebt, even een pareltje hebt, waarvan mensen denken hé, maar dit is gaaf, hier, daar kunnen mensen van mee.

Huibert-Jan van Roest:

Of gewoon een high een high schaaf, heb je een leuk voorbeeld.

Daan Hamaker:

Nou, nou, dit is letterlijk het voorbeeld. Ik zit even te denken Nou, zorg ervoor, je hoeft van mij bij je presentatie, hoef je niet alles uit je hoofd te leren. Zou ik ook niet doen, zou ik niet adviseren. Wat ik wel zou zeggen, die laatste vijf minuten ram die erin bij jezelf, ram die erin bij jezelf, ram die erin. Dus wat is nou echt hetgene, dat jij wilt? dat blijft hangen bij de mensen. Dus, dat je echt even eindigt met de drie inzichten, die jij hoopt, die er zijn geland bij de mensen, dat je daar even een korte samenvatting van maakt, dat je daar even op terugkomt.

Huibert-Jan van Roest:

Met die hoofdgat hebben we daar over gehad.

Daan Hamaker:

Dat is één ding Zorg ervoor, dat, als je je presentatie afsluit, dat waar kan, dat je het gewoon in een positieve flow krijgt. Ja, Oké, naar het eerste inzicht. Hé, wie heeft dit meegenomen? Oké, tof, hé, vertel eens even, waarom vond jij dit leuk? Oké, tof, tweede Tak, ik heb een smerig trucje ook nog Mag ik.

Huibert-Jan van Roest:

Ik bedank altijd de mensen heel erg uitvoerig. En dan vraag ik ze, wat ze van de training vonden. Dus ze zeggen van bedankt, dat jullie zich inzetten, en ik vond het zo leuk, die voorbeelden van jou. En wat vonden jullie van de training? Mensen spiegelen natuurlijk.

Daan Hamaker:

Tuurlijk, chiodini heeft ook een van de principes, dat is wederkerigheid. Dus die komt ook in je mooi naar voren. Als we dan toch zo'n meerdere trucjes doen, niet doorvertellen, hè, doe ik hetzelfde, doe ik nog één stapje extra. Bij Wat onthouden mensen? nou vaak Degene, die eindigt, en wie legt de norm, dat is degene, die begint. Dus, als ik dat dan ga doen, heb ik ook nog wel eens kans. kans, noem het maar een zekerheid, dat ik ga starten, bij waarvan ik denk hey, diegene vond het een leuke dag.

Daan Hamaker:

Daarmee start ik. En wat onthouden mensen? ook nog eens degene, die geëindigd is. Dus die eerste, die legt de lat voor mij, en die laatste, die z, die zorgt ervoor, dat dat hetgeen is, wat onthoudbaar is.

Huibert-Jan van Roest:

Ah, wat goed, in het midden vraag je dus die karbonkel, die in de hoek heeft zitten.

Daan Hamaker:

Ja, die brulla, Die slaan we dan over. Nee, nee, nee, je moet gewoon iedereen lekker wel vragen, en dan vind ik het ook leuk, dat je die laatste minuut gewoon even lekker knallend eruit staat. Hé, jongens, thanks Met energie, dat is alleen maar mooi.

Huibert-Jan van Roest:

We hebben het gehad over, hoe je een training opbouwt, hoe je het begint. We hebben het gehad over gedrag, contact maken.

Daan Hamaker:

Er zaten tips in smerige trucs. Mark, ik jou ontzettend bedankt, jazeker, leuk, jij ook bedankt, hartstikke leuk.

Huibert-Jan van Roest:

Dankjewel Tot de volgende.

Daan Hamaker:

Ja, gaan we doen.