Dagvers - Dé dagelijkse Bijbelpodcast
Elke dag beginnen met de Bijbel? Luister dan naar Dagvers. Dagvers is de dagelijkse Bijbelpodcast van het Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap. Krijg Bijbelse inspiratie en een vraag of opdracht om over na te denken. Zo komt de Bijbel echt dichtbij!
Dagvers - Dé dagelijkse Bijbelpodcast
🎙️ Getuigenis - Johannes 8:12-30
"Jezus zegt: 'Ik ben het licht voor de wereld.' Een stralende belofte, maar waarom brengt het ook zoveel verwarring? We duiken in het Johannes-evangelie, waar vraag en antwoord elkaar afwisselen in een zoektocht naar begrip en geloof. Voel jij je ook weleens verloren als je over Jezus nadenkt?"
💬 Laat een reactie achter via WhatsApp
📲Heb jij de MijnBijbel app al gedownload?
🌟 Laat een review achter in jouw podcastapp!
📖Lees de tekst mee op debijbel.nl
📱 Abonneer op ons WhatsApp kanaal
📷Volg ons op Instagram
💡Schrijf je in voor tweewekelijkse Bijbelse inspiratie
❤️Lees meer over het Bijbelgenootschap
Leuk dat je luistert naar dagvers, de dagelijkse podcast van het Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap. Mijn naam is Dick.
Vandaag lezen we Johannes 8:12-30.
Later sprak Jezus opnieuw tegen de mensen. Hij zei: ‘Ik ben het licht voor de wereld. Als je mij volgt, leef je niet meer in het donker. Dan hoor je bij het licht dat leven geeft.’
De farizeeën zeiden tegen hem: ‘U zegt dat over uzelf. Maar waarom zou dat waar zijn?’ Jezus antwoordde: ‘Ik zeg dat inderdaad over mijzelf. En toch is het waar. Want ik weet waar ik vandaan kom en waar ik naartoe zal gaan. Maar jullie weten dat niet. Jullie veroordelen mij, omdat jullie denken als aardse mensen. Maar ik veroordeel niemand. En als ik oordeel, is mijn oordeel juist. Want ik oordeel samen met de Vader die mij gestuurd heeft. In jullie eigen wet staat dat een verklaring van twee getuigen geldig is. Dus wat ik zeg, is waar. Want ik zeg het, en de Vader die mij gestuurd heeft, zegt het ook.’
De farizeeën vroegen: ‘Waar is uw vader dan?’ Jezus zei: ‘Jullie kennen mij niet en jullie kennen mijn Vader niet. Want als jullie mij zouden kennen, dan zouden jullie ook mijn Vader kennen.’
Jezus zei dat toen hij de mensen uitleg gaf bij de geldkist in de tempel. Hij werd niet gevangengenomen, want het juiste moment was voor hem nog niet gekomen.
Jezus zei verder tegen de mensen: ‘Ik ga weg. Jullie zullen mij zoeken, maar niet vinden. Want waar ik naartoe ga, daar kunnen jullie niet komen. En jullie zullen sterven als slechte mensen.’
De Joden zeiden tegen elkaar: ‘Waarom kunnen wij niet komen waar hij naartoe gaat? Wat bedoelt hij daarmee? Wil hij soms zelfmoord plegen?’
Jezus zei tegen hen: ‘Jullie plaats is hier op aarde, maar mijn plaats is daarboven. Jullie horen bij deze wereld, maar ik niet. Ik zei al: ‘Jullie zullen sterven als slechte mensen.’ Dat zal inderdaad gebeuren als jullie niet in mij geloven. Want ik ben degene die komen zou.’
Ze vroegen: ‘Wie bent u dan?’ En Jezus zei: ‘Dat vertel ik jullie al de hele tijd! Ik zou veel slechte dingen over jullie kunnen zeggen en jullie kunnen veroordelen. Maar ik ben voor iets anders naar de wereld gekomen. Ik ben gestuurd door iemand die betrouwbaar is. Ik moet zijn boodschap bekendmaken.’ De mensen begrepen niet dat Jezus het over de Vader had.
Toen zei Jezus tegen hen: ‘Pas als jullie mij aan het kruis gehangen hebben, zullen jullie begrijpen dat ik de Mensenzoon ben. En dat ik niets uit mezelf gedaan heb. Want ik vertel jullie wat de Vader mij geleerd heeft. De Vader die mij gestuurd heeft, is bij me. Hij laat me nooit alleen, omdat ik altijd doe wat hij wil.’
Toen Jezus dat zei, gingen veel mensen in hem geloven.
-----
Jezus gaat weer in gesprek met de farizeeën, die willen weten wie hij nu precies is. Dit is, zoals inmiddels wel duidelijk is geworden, een van de belangrijkste vragen in het Johannesevangelie. Er worden verschillende antwoorden op gegeven. In dit gedeelte is dat antwoord: ‘Ik ben het licht voor de wereld.’ Dat Jezus het licht is, hebben we ook al gezien aan het begin van het evangelie. Ook daar speelt licht een belangrijke rol. Een ander antwoord op deze vraag volgt straks in hoofdstuk 10: ‘Ik ben de goede herder.’ In deze uitspraken zie je steeds weer de verbondenheid tussen Jezus en God, en tussen Jezus en mensen. Maar in plaats van dat Jezus’ woorden over zichzelf zorgen voor duidelijkheid of herkenning, zorgen ze bij de mensen om hem heen vooral voor verwarring.
Voel je ook weleens verwarring als het gaat over Jezus?